Europees Parlement kan Lissabon niet afdwingen · 8 maart 2003

Een keer per maand openen de hoteliers en restaurateurs in het verder nogal slaperige Straatsburg op zondag de luiken. De karavaan uit Brussel slaat er dan zijn tenten op. Meer dan zeshonderd parlementariërs en een veelvoud aan ambtenaren, tolken en vertalers, en journalisten, maken zich op voor een week plenaire debatten van het Europese parlement. Deze maand kwam de voorzitter van de Europese Commissie naar het parlement om uit te leggen waarom het maar niet wil lukken met het Akkoord van Lissabon. Het parlement morde en gromde, maar het is in deze een tandeloze tijger. Lissabon is een zaak van de lidstaten.

“Mijn fractie verwelkomt het evaluatieverslag van de Europese Commissie. Daarin wordt een inzicht geboden in wat de lidstaten hebben gepresteerd met betrekking tot de uitvoering van de Lissabon-doelstellingen: het beeld is onthutsend.”
Europarlementariër Wim van Velzen richt zich in de plenaire zaal van het Europese parlement in Straatsburg in ondubbelzinnige woorden tot de voorzitter van de Europese Commissie, de voorzitter van het parlement en de voorzitter van de Raad van Ministers, die gedrieën het boetekleed hebben aangetrokken. “De buitengewoon trage uitvoering door de lidstaten en de enorm grote verschillen in de uitvoering geven de geloofwaardigheid van de Raad als het gaat om de uitvoering van Lissabon een enorme knauw.”

Van Velzen is opsteller van een resolutie waarin een grote meerderheid, van links tot liberaal, de Europese Raad oproept op nu eens werk te maken van de uitvoering van het Akkoord van Lissabon. Op die Europese top in 2000 beslisten de regeringsleiders dat de EU in 2010 ‘s werelds meest dynamische kenniseconomie zou moeten zijn.

De resolutie gaat ervan uit dat dat doel nog steeds haalbaar is. “Die tekst is een compromis. Ik geloof er niet meer in”, aldus Van Velzen, CDA’er en derhalve lid van de Europese Volkspartij en Europese Democraten (EVP-ED)-fractie, met 233 zetels de grootste groepering in het Europese Parlement, in de wandelgangen aan de vooravond van het debat. “Die doelstelling was veel te hoog gegrepen. De tekst ervan gaf de regeringsleiders indertijd waarschijnlijk een warm gevoel, en vervolgens gingen ze naar huis en lieten ze het aan de vakministers over. En die komen er niet uit.”

Interne markt
Wie over de gebruikelijke Europese beleefdheidsfrasen heen leest, komt in het evaluatierapport van de Commissie inderdaad bij de constatering dat met name in bijvoorbeeld de diensten- en financiële sectoren, de energiesector en de markt voor overheidsopdrachten, niets terecht is gekomen van de interne markt die broodnodig is om van de EU een krachtige economie te maken. ‘Het probleem is niet het gebrek aan beslissingen, maar het feit dat de lidstaten ze niet uitvoeren’, stelt het rapport.

Op het gebied van kennis en innovatie loopt het ook allemaal niet zo hard, constateert de commissie. De invoering van het Gemeenschapsoctrooi bijvoorbeeld, hét symbool dat de EU innovatie serieus neemt, wordt geblokkeerd door onenigheid binnen de Raad van Ministers. “De knappe koppen, zegt de Voorzitter van de Commissie, mogen niet weggaan. Nee, maar hoelang duurt het nog voordat er eindelijk een Europees octrooi komt? Daar zit de geloofwaardigheid van de Raad en daarover moet een keer een standpunt worden ingenomen”, aldus Van Velzen in het parlement.

Groen Links-parlementariër Theo Bouwman, in het parlement deel uitmakend van de 45 leden tellende Groenen/Europese Vrije Alliantie (Groen/EVA) en voorzitter van de belangrijke commissie voor werkgelegenheid en sociale zaken, heeft de resolutie niet ondertekend, zo vertelt hij voor het debat. “We zien ook wel dat het proces stokt, maar de resolutie is te beperkt. Lissabon gaat niet alleen over internet en telecom en kennisbanen. Niet iedereen is hoogopgeleid, er is ook behoefte aan banen aan de onderkant. Er moet ook aandacht komen voor zaken als kleinschalige landbouw, we willen een visie op de rol van de productie en distributiesector. Bovendien geloven wij ook niet zo in de paniekverhalen dat economische malaise dreigt omdat Europa op kennisgebied achterop zou raken. De economische neergang nu is vooral een kwestie van conjunctuur.”

“Is de EU nog op het juiste spoor en de juiste snelheid?”, vraagt Bouwman het parlement de volgende dag. “Het antwoord is nee. Er zijn te weinig nieuwe banen. De arbeidsparticipatie van vrouwen, ouderen en gehandicapten is te laag. De weg naar betere banen is nog lang en wij hebben veel te weinig gedaan aan de modernisering van de arbeidsorganisatie, van de werkorganisatie.”

Verdrag van Amsterdam
Ferme taal in het Europese parlement, maar de Europese volksvertegenwoordiging is in deze een tandeloze tijger. Het Verdrag van Amsterdam gaf het parlement meer bevoegdheden. Op veel terreinen, zoals de interne markt, technologiebeleid, of onderwijs en cultuur, heeft het parlement net als onze Tweede Kamer, ‘recht van medewetgeving’. Het kan wetsvoorstellen indienen en wetsvoorstellen van de Raad of de Commissie amenderen of afkeuren. De vergadering heeft zeggenschap over de samenstelling van de Europese Commissie en spreekt het laatste woord over de Europese begroting. Maar er is nog steeds een groot democratisch gat. De invloed op de begroting geldt niet voor ‘verplichte uitgaven’ zoals de landbouwsubsidies waar bijna de helft van het EU-budget naartoe gaat. Bovendien mogen de volksvertegenwoordigers op gebied van landbouw, buitenland- en veiligheidsbeleid, vreemdelingenbeleid en misdaadbestrijding alleen ‘advies geven’.

Het akkoord van Lissabon ging niet alleen over kennis en technologie, het voorzag ook in een Europa met een sociaal gezicht. Tenslotte is een Europa met welvarende burgers een geweldige afzetmarkt. Het Verdrag van Lissabon is echter niet meer dan een afspraak tussen de lidstaten. Als het gaat om zaken als pensioenen, volksgezondheid, sociaal beschermingsbeleid en de herziening van de arbeidsmarkt geldt daarom de ‘opencoördinatiemethode’, waarbij de lidstaten weliswaar openheid van zaken geven, maar waarin het parlement (en de Europese commissie) verder geen vuist kunnen maken, weet ook Dorette Corbey. Zij zit namens de PvdA in de fractie van de Partij van de Europese Sociaal-democraten (PES), met 179 leden de tweede fractie in het parlement. “Het opencoördinatiemechanisme is vrijblijvend. De lidstaten brengen verslag uit, eenmaal per jaar of eens per drie jaar, en daar debatteren we over. Maar we hebben geen bevoegdheden, we hebben er verder niet veel over te zeggen.”

Belangrijke wettelijke voorwaarden voor een kenniseconomie op gebied van telecom, biotechnologie of bijvoorbeeld e-commerce komen wel ‘uit Europa’, maar de lidstaten weigeren de richtlijnen veelal te implementeren of na te leven.

Nederland is een van de stoutste jongetjes van de klas, volgens VVD-parlementariër Elly Plooij -van Gorsel, die deel uitmaakt van de 53 leden tellende fractie van de Europese Liberale en Democratische Partij (ELDR). “Nederland loopt schandelijk achter bij de implementatie van de Europese Richtlijnen. Privacybescherming werd een jaar te laat geïmplementeerd, de richtlijn e-commerce laat een jaar na de verplichte invoeringsdatum nog steeds op zich wachten. De Richtlijn voor biotechnologie ligt al jaren op de plank. Dat levert Nederland, naast het imago van bananenrepubliek, ook nog eens een forse boete op.”

Budget
Het belang van technologie en kennis wordt in Nederland niet onderkend, meent Plooij-van Gorsel. “Als het gaat om zaken als e- health en e-learning kan Europa niks afdwingen. De Europese Commissie ontwikkelt wel programma’s, maar de uitvoering ligt bij de lidstaten. Er is geen Europees budget voor die programma’s. Nederland laat het afweten. Ik heb het afgelopen jaar niets over ICT uit Den Haag vernomen. E-government is nooit verder gekomen dan de digitale trapveldjes van Van Boxtel. Het is toch ongelooflijk dat een regering dat laat mislukken? De pretentie van de Digitale Delta kunnen ze nu wel achterwege laten.”

Een dynamische kenniseconomie veronderstelt ook een laagdrempelige democratie met goed geïnformeerde burgers. De Raad van Ministers kwam eerder met een voorstel voor een richtlijn over Hergebruik en de commerciële exploitatie van overheidsdocumenten. De Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie van het Parlement moest er vervolgens volgens het wetgevend traject zijn licht over laten schijnen. Van Velzen kwam als ‘rapporteur’ met een verslag en een reeks amendementen.

Amendementen
Na de ochtendzitting heeft het parlement gestemd over tientallen amendementen en voorstellen die de vorige dag zijn besproken. Van Velzen is teleurgesteld. Weliswaar is zijn verslag goedgekeurd door het parlement, maar enkele van de zwaarst wegende amendementen zijn weggestemd door een gelegenheidscoalitie van socialisten, groenen en communisten. “En de Britten. Ongeacht de politieke kleur hebben alle Britse parlementariërs tegen mijn voorstel gestemd om basisinformatie gratis ter beschikking stellen en het tegen marginale kosten mogen hergebruiken van overige informatie. Het is de collega’s blijkbaar niet echt ernst met de informatiemaatschappij. De Britse diensten die dergelijke informatie beheren, zijn verzelfstandigd en moeten winst maken. De Britse premier heeft zijn landgenoten zwaar onder druk gezet om dit punt van tafel te krijgen. Een gemiste kans, niet alleen vanuit democratisch oogpunt, maar ook omdat juist met dit soort informatie uit politieke, bestuurlijke en gerechtelijke sfeer dienstverlening ontwikkeld kan worden die de uitrol van de derde generatie mobiele communicatie een noodzakelijke duw kan geven. Denk aan toeristische- en geografische informatie of weerberichten.”

Van Velzen is een Euro-optimist. Maar op dit moment heeft Europa met tegenwind te maken. “Er is een tendens om de zaken weer binnen de eigen landsgrenzen te trekken. Als het gaat om de interne markt bijvoorbeeld. Helmuth Kohl bijvoorbeeld was overtuigd ‘Europeaan’. Schröder heb ik nooit op een Europese agenda kunnen betrappen. Schröder, Blair en Chirac hebben de Griekse voorzitter nu een brief, ‘a letter of confidence’, gestuurd in de aanloop naar de voorjaarstop waarin ze hun vertrouwen uitspreken in het behalen van de doelstelling van Lissabon. Hoor wie het zegt: Blair weigert de euro in te voeren, Schröder krijgt die zaken in eigen land niet eens geregeld en Chirac houdt hoogst persoonlijk al acht jaar de realisering van de interne markt tegen doordat hij weigert in te stemmen met de noodzakelijke liberalisering van overheidsbedrijven in Frankrijk.”

Gepubliceerd in Automatisering Gids, 2003, week 9

,


* * *